Wateroverlast versus waterveiligheid

Het Nederlandse waterbeheer maakt een duidelijk onderscheid tussen waterveiligheid en wateroverlast. Waterveiligheid draait om bescherming tegen grote overstromingen vanuit zee of rivieren, waarbij dijken en andere waterkeringen een cruciale rol spelen. Voor waterveiligheid zijn risico’s en veiligheidsnormen vastgesteld om rampen te voorkomen. Wateroverlast daarentegen ontstaat meestal door hevige regenval die lokaal tot plassen op straat en andere ongemakken leidt. Dit vraagt om plaatselijke oplossingen, omdat de gevolgen minder groot zijn dan bij overstromingen, maar wel hinderlijk.

Lessen uit recente overstromingen

De recente overstromingen in Spanje hebben tragisch veel leed, doden en schade veroorzaakt. Deze gebeurtenissen laten zien dat de grens tussen wateroverlast en waterveiligheid in sommige gebieden flinterdun kan zijn. Vooral in heuvelachtig terrein ontstaat snel gevaar. Terwijl regenval bovenop een heuvel vooral lastig is, kan water in het dal razendsnel een levensbedreigende hoogte bereiken.

Met de opwarming van de aarde neemt de hoeveelheid waterdamp in de atmosfeer toe, wat zwaardere regenval kan veroorzaken. Hierdoor worden we steeds vaker geconfronteerd met extreme situaties die eerder niet voorkwamen.

Toekomstbestendig plannen met water en bodem

Om met deze ontwikkelingen om te gaan, werkt Waterschap Zuiderzeeland aan een ‘Water en Bodem Agenda’. Dit beleid zorgt ervoor dat ruimtelijke keuzes – zoals waar gebouwd mag worden – rekening houden met de risico’s van wateroverlast en waterveiligheid. Deze agenda vormt de praktische uitwerking van het principe ‘Water en Bodem Sturend’, dat door het Rijk als uitgangspunt is vastgesteld.

Dit onderwerp kwam onlangs aan bod in een Kamerdebat, waarin de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening het belang van waterbeheer bagatelliseerde met de uitspraak: “Liever een tuin onder water dan geen huis.” Water Wonen en Natuur is blij dat Zuiderzeeland het wél serieus oppakt.